|
Datum : |
21 – 24 april |
|
Na de uitstap naar Hoei, hadden we onze Mobil II op de cp van Harelbeke gestald. Op die manier waren onze batterijen terug volledig
opgeladen, konden we daar onze twee wc-cassettes ledigen en vers water bijvullen. Zo stond die bijna terug klaar voor vertrek. In Diksmuide het
de traditie dag van de Koninklijke vereniging vijfde Linie. Daardoor moesten we reeds om 9u ’s morgens ter plaatse zijn. Op die manier besloten
we om op donderdag al te vertrekken en een plaatsje aan de ijzertoren te gaan innemen. |
|
Donderdag 21 april: Phil werkte tot 17u, van Fie was het bijna 18u. Ondertussen had Phil de betere kledij klaar in de wagen
gestoken om ermee naar de cp te rijden. Toen Fie thuis kwam, vertrokken we direct naar onze Mobil II. Nadat we de kledij hadden overgeladen,
ging Fie de wagen terug aan ons huisje gaan zetten, Phil ging ze afhalen. Uiteindelijk vertrokken we naar de camperplaats aan de ijzertoren.
Toen we er aan kwamen, stond er nog één andere camper, we plaatsten ons zodat we zeker ontvangst op onze schotel hadden. Nadat we zeker waren
dat het goed was, gingen we op zoek naar ons avondmaal. We moesten niet heel ver lopen, net aan de brug over de Ijzer zagen we de Poppy Inn.
Enkel één dame was er aan het eten, de baas verwelkomde ons met zijn uitleg over de mogelijkheden. We kozen voor het Argentijnse menu, Gamba’s
als voorgerecht en spare ribs als hoofdgerecht. We namen er voor nog een picon van het huis, bij het eten een fles rode wijn van het huis en als
dessert koffie, maar Phil met een likeur. Het likeur was een cocktail van een viertal likeuren, lekker maar straf. Het was al over 22u. toen we
buiten kwamen. Eens in onze Mobil II duurde het niet lang eer we onder de wol zaten. Vrijdag 22 april: De wekker liep af om 7u. Phil
zette snel de koffie, ons brood zat ook nog in de diepvries, maar door deze net voor een uitgang van de verwarming te leggen, was dit vlug
opgelost. Philippe Desaert zou omstreeks 8u30 tot bij ons komen om dan samen naar de zaal “St-Jan” te gaan, maar was er reeds om 8u. Wij moesten
nog eten en ons verder klaarmaken. We konden iets voor 9u. vertrekken naar de plaats waar we met een 150 man en vrouwen samenkwamen voor de
traditiedag. We kregen daar ook nog koffie aangeboden, Philippe moest zich nog omkleden en een traditioneel kostuum aantrekken om met het
vaandel van het regiment te staan. Met bussen werden we naar het stadshuis gebracht waar we een speech van de burgemeester en van onze kolonel
te horen kregen. Ook werden er bloemen aan het monument in het stadhuis neergelegd. Dan werd er een receptie aangeboden in de bovenzaal van het
stadhuis. Voor we aan tafel mochten werd de groep nog in twee gesplitst, een deel naar de dodengang, de anderen een bezoek aan het stadhuis met
gidsen. Wij gingen mee naar de dodengang, de loopgraven waar de Belgen en Duitsers bijna constant oog in oog stonden. De bussen brachten ons
terug naar de zaal “St-Jan” waar we nog een receptie deden om daarna een heerlijke maaltijd voorgeschoteld te krijgen. Gebakken scampi’s met
appeltjes, wortelsoep, Varkenshaasje met camembert en als afsluiter een progresgebak en koffie. Om 17u stopte de traditiedag, maar wij
verlengden deze nog met een vijftal uur. We trokken samen met Willy Peeters en zijn vrouw en Philippe Desaert en naar het hotel “De Vrede” op de
markt waar de eerst genoemden overnachtten. Er zat binnen nog een koppel dat op de samenkomst aanwezig was. Die kwamen er later op de avond ook
nog bij. Phil dronk heel de avond Papegaei bier, sterk spul… Fie was deze keer de verstandigste. We moesten nog te voet tot aan de zaal,
Philippe voerde ons dan tot aan onze Mobil II. Terug zaten we heel snel onder ons donsdeken met de hoop op een rustige lange nacht. Het was
22u30. Zaterdag 23 april: Het is er rustig op de cp in het weekend, de treinen rijden niet zo vroeg als tijdens de week. De eerste
kwam pas om 7u. we konden blijven liggen tot na 8u. Phil moest er wel eens uit om iets aan zijn nadorst te doen, maar verder alles ok.
Sandwiches uit de diepvries en koffie zetten, een half uurtje later genoten we van een lekker ontbijt. Ze hadden ons verteld dat er markt was op
zaterdagmorgen en we hadden nog voor twee dagen eten nodig. We vertrokken omstreeks 10u30 naar het centrum op zoek naar eten. We kwamen nogal
snel een beenhouwerij en bakkerijen tegen, maar we besloten om eerst eens op zoek te gaan naar de bloemenmarkt, maar deze was nergens te vinden.
We gingen dan eerst bij de Lidl binnen en kochten daar wat sla, tomaat, smeerboter, Iers biefstuk en wat charcuterie. Bij de beenhouwer kochten
we een kip aan het spit en iets verder een broodje. Zo hadden we eten voor de twee dagen. Tegen 12u aten we ons middagmaal, om zo tamelijk vroeg
naar het museum in de Ijzertoren te gaan. Voor €8 p/p konden we binnen en trokken met de lift naar het 22ste verdiep. We gingen eerst
een kijkje nemen op het terras, amaai, wat een zicht, jammer van de koude wind. De eerste verdiepingen vielen ons wat tegen, we zagen het meer
als bladvulling, maar het beste moest nog komen. Van de rest konden we genieten met volle teugen, we liepen er bijna 3u in rond. Voor we nog
eens op wandeling vertrokken, gingen we eerst nog een beetje naar onze Mobil II. Het was al na 17u toen we nog eens gingen wandelen naar het
centrum, nadat we eens de Bloemmolens gingen bekijken. Een geklasseerd gebouw met de laatste jaren geen goeie reputatie, slechte zaken en
gesjoemel met subsidies en dergelijke. Het staat momenteel te koop, het enige bod is nu vijftigduizend euro. Om 19u waren we net op tijd terug
om het nieuws op tv te zien. Phil begon dan ook wat aan deze tekst te werken. We aten van ons brood met een hammetje dat we in Hoei hadden
gekocht en deden dan samen de vaat. Met de dood van Prince zonden ze deze avond de film Purple rain uit. Fie kon het smaken, Phil daarentegen
typte gewoon verder aan deze. Na de film gingen we slapen, het was 23u… Zondag 24 april: Deze nacht hadden we wel wat regen op ons
dak, maar niet echt storend, zo kwam Phil maar wakker omstreeks 7u. Een half uurtje nadat de verwarming zijn werk had gedaan, zette Phil de
koffie. Een uurtje nadien volgde Fie, ze bakte onze eitjes zodat we konden ontbijten. Het bleef bijna heel de voormiddag regenen, zo bleven we
maar wat tv kijken, we hadden echt geen zin om natgeregend te worden. We hadden misschien ons bezoek aan het museum beter uitgesteld tot nu. Dan
waren we tenminste nog wat actief geweest op een regendag. Op internet lazen we dat ze de route van Luik-Bastenaken-Luik iets hadden aangepast
door sneeuwval… Tegen de middag kregen we nu en dan een waterzonnetje, maar het was van korte duur, iedere keer werd deze opgevolgd door een
bui. Afwisselend regen en/of hagel kregen we op ons dak. Op de cp was het een op en afrijden, de meesten kwamen er gewoon hun middagmaal opeten
en vertrokken zonder buiten te komen, wat verstaanbaar was met zo’n weer. Nadat Wout Poels verrassend Luik-Bastenaken-Luik won, maakten we ons
klaar voor vertrek. We beslisten om via Vladslo naar huis te rijden. Na een korte zoektocht vonden we het
Duitse kerkhof
waar het bekende kunstwerk van Käthe Kollwitz” Het treurend ouderpaar” te zien is. Hun zoon Peter ligt
begraven juist voor het beeld van de vader. Een korte rit later reden we Stasegem binnen, we moesten onze Mobil II op de parking voor de school
zetten, elders was er geen plaats. Om nu alles uit te halen, moesten we enkele keren de straat over met volle handen. Phil moest de dag nadien
naar de bandenboer om de wintersloefen te verwisselen naar zomerpantoffels, maar ook naar Campirama om het muggenhaas aan het panoramische raam
onder garantie te laten vervangen. Kilometerstand 26.349Km., Trip 124.5Km., Verbruik 9.9L., Reistijd ?
Foto’s |
|
|
|